Cognitieve gedragstherapie op school

‘Voor effectief straffen en belonen moet je eigenlijk een functieanalyse doen’

‘Veel van de gedragsproblemen van kinderen doen zich voor op school, omdat ze nu eenmaal een groot deel van hun tijd op school doorbrengen. Wanneer je daar dan als psycholoog of orthopedagoog met behulp van cognitieve gedragstherapie op school wat aan kan doen, werkt dat heel laagdrempelig.’ Aan het woord is Anne van de Lavoir, cognitief gedragstherapeut en trainer van de PAO-cursus Cognitieve gedragstherapie op school. ‘Je voorkomt generalisatieproblemen omdat je samen met de leerling kunt oefenen. Op school met leerlingen, leerkrachten en ouders aan de slag gaan, werkt integratiever.’

Probleemgedrag van leerling

CGT kan worden ingezet bij gedragsproblemen van leerlingen, zoals snel boos worden of weigeren om schoolwerk te doen. Anne: ‘Het gaat vooral om gedragsproblemen die het de leerkracht lastig maken, maar ook om gedrag van leerlingen die zich niet durven te laten zien in de klas omdat ze bijvoorbeeld heel angstig zijn.’

Straffen en belonen onder vuur

Een bekend principe van CGT is straffen en belonen om probleemgedrag uit te doven en gewenst gedrag te versterken. Dit is momenteel een hot item op social media. Anne ziet de verhalen van ouders en docenten dat straffen en belonen bij hun kind of leerling niet werkt, voorbijkomen, maar trekt deze in twijfel. Anne: ‘Vaak wordt de techniek standaard toegepast zonder erbij na te denken. Bijvoorbeeld in de school is een time-out plek ingericht waar leerlingen moeten gaan zitten als ze de les uit worden gestuurd. Maar als leerlingen vanaf die plek gekke bekken kunnen trekken naar leerlingen in de klas, gaat dit natuurlijk niet werken. … Ja dit gebeurt echt’, benadrukt Anne lachend. ‘Belangrijk is dus de straf goed in te richten. Waar is de leerling gevoelig voor? Is het wel een sanctie als je hem een time-out geef of vindt-ie dat alleen maar leuk?

Belonen wordt vaak vergeten

‘Maar nog veel belangrijker dan het straffen, is het belonen of bekrachtigen van het gewenste gedrag’, gaat Anne verder. ‘Tegenover één sanctie bij ongewenst gedrag horen vier versterkingen van gewenst gedrag staan, bijvoorbeeld in de vorm van complimenten. Maar vaak zitten leerkrachten bovenop het gedragsprobleem en vergeten ze het gewenste gedrag te versterken. De discussie op social media gaat dus in feite over hoe je de techniek moet toepassen om het gewenste effect te realiseren. Voor effectief straffen en belonen zou je eigenlijk een functie-analyse moeten doen. Maar vaak wordt er tijdens de koffiepauze geroepen van “joh, bij dit gedrag moet je dat doen.” Maar de vraag is of dat bij die specifieke leerling past.’

Een functieanalyse maken

Wanneer een leerkracht een gedragsprobleem aan de orde stelt, is, een van de eerst stappen bij CGT samen met de leerkracht het gedrag van de leerling in kaart brengen; een zogenaamde functieanalyse. Anne: ‘Vragen die aan de orde komen, zijn: Wat is het probleemgedrag? In welke situaties doet zich dat voor? Is dat bijvoorbeeld bij een bepaalde leerling, een bepaalde les of leerkracht of juist in de pauze, of op het schoolplein? Wat houdt het gedrag in stand? Bijvoorbeeld de lachers in de klas. Na de functieanalyse stel je samen een hypothese op: “Als we deze situatie veranderen, dooft het probleemgedrag uit en kunnen we op die en die wijze het gewenste gedrag versterken.” Daarna is het van belang te achterhalen wat de leerling nodig heeft om het gewenste gedrag te laten zien. Zijn er nog vaardigheden die de leerling moet leren om het gewenste gedrag te kunnen laten zien? Dan kan de gedragswetenschapper hier een rol in spelen. En, hoe kan de leerkracht de leerling helpen het gewenste gedrag te laten zien?’

Aandacht voor emoties en cognities

Naast het verklaren van gedrag, kan CGT ingezet worden om heftige emoties te verklaren. Waarom reageert een leerling in een bepaalde situatie overmatig bang of boos? Welke betekenis heeft deze situatie voor de leerling? Voelt een leerling zich bijvoorbeeld afgewezen wanneer de leerkracht hem corrigeert, waardoor hij boos reageert? Dit wordt een betekenisanalyse genoemd. Anne: ‘We kijken dus ook naar de achterliggende gedachten en drijfveren van een leerling en we proberen deze inzichtelijk te maken, bijvoorbeeld door een G-schema met een leerling in te vullen. Denk bijvoorbeeld aan cognities als “Alle leraren hebben de pik op mij” of “ik moet alles perfect doen”.  Als gedragswetenschapper probeer je met CGT-interventies deze cognities aan het wankelen te krijgen. Maar je hebt ook de leerkracht en ouders nodig om dit te verstevigen. Samen maak je hiervoor een plan.’

Terugkerende vraag uit de praktijk

Vraag:  Cursist: ‘Ik heb nu al 4 G-schema’s gedaan maar de leerling gelooft zijn helpende gedachten nog steeds niet. Wat is de volgende stap?’
Antwoord: Anne: ‘Het is heel normaal dat de leerling na het invullen van 1 of meerdere G-schema’s nog niet voelt dat zijn gedachte niet klopt. Het is daarom belangrijk om vervolgopdrachten, zoals een gedragsexperiment of exposure, in te zetten, waarmee de leerling gaat ervaren dat zijn gedachte niet realistisch is. Bijvoorbeeld als een leerling denkt dat hij wordt uitgelachen als hij iets fout doet in de klas, kun je een gedragsexperiment inzetten. Je vraagt de leerling om een paar keer expres een fout te maken in de klas en goed te observeren wat er dan gebeurt. Zo komt de leerling erachter dat er niet of veel minder gelachen wordt dan hij verwacht en dat bovendien, als er wel gelachen wordt, het lang niet zo erg is als hij dacht.’

De cognities van de leerkracht

Omdat er bij probleemgedrag altijd een wisselwerking is tussen de leerkracht en de leerling, kan het zijn dat de leerkracht ook een rol heeft in het probleemgedrag van de leerling. Anne: ‘Meestal analyseer je dat op gedragsniveau of impliciet maar soms kan het helpend zijn om ook met de leerkracht stil te staan bij onderliggende cognities die de leerkracht over een bepaalde leerling heeft. Een vraag die je dan zou kunnen stellen is: “Wat komt er bij jou naar boven als de leerling dat probleemgedrag vertoont?” Dat zou zomaar kunnen zijn: “Ik kan het nooit goed doen bij deze leerling”.’

De uitdaging van de leerkrachtconsultatie

Een van de uitdagingen van het werk van gedragsdeskundigen op school zijn vaak de leerkrachtconsultaties. Anne: ‘Leerkrachten willen tijdens de consultatie graag direct een pasklaar antwoord over een effectieve aanpak van een leerling met probleemgedrag. Daarvoor zijn verschillende mogelijkheden. Je zou tijdens een consultatiegesprek naar de probleem samenhang (volgens de holistische theorie, red.) kunnen kijken of een functie-analyse kunnen maken. Op die manier begrijpt de leerkracht beter waar het gedrag van de leerling vandaan komt. Dat werkt onschuldigend. Soms merk je in een eerste gesprek dat de analyses nog wat vaag zijn. Dan kun je een observatieopdracht meegeven aan de leerkracht gericht op bepaald gedrag. Als gedragswetenschappers willen we graag anderen zo snel mogelijk helpen en iets adviseren, maar soms kun je daarmee de plank misslaan en kun je beter eerst investeren in een goede analyse. In één consultatiegesprek kan nu eenmaal niet altijd alles opgelost worden.’

CGT vertaald naar jouw werkpraktijk

Wanneer je op zoek bent naar een basiscursus cognitieve gedragstherapie, dan vind je bij PAO een uitgebreid aanbod. Wil jij je verdiepen in hoe je cognitieve gedragstherapie kunt inzetten op school, maar heb je geen tijd om de basiscursus te volgen? Dan is de PAO-cursus Cognitieve gedragstherapie op school wellicht de cursus voor jou. Het is een van de weinige CGT-cursussen waarin de belangrijkste technieken en basisprincipes die je in je werk op school kunt gebruiken, zijn vertaald naar jouw praktijk.

anne van de lavoir

Anne van de Lavoir

Anne van de Lavoir is 10 jaar werkzaam geweest als psycholoog in het voortgezet onderwijs. Ze heeft ruime ervaring in het begeleiden van leerlingen/cliënten, ouders en leerkrachten met problemen die zowel in de thuissituatie als op school zichtbaar zijn, zoals bij angst- & stemmingsklachten en gedragsproblemen. Op dit moment werkt ze in een psychologenpraktijk (Generalistische Basis GGZ & Specialistische GGZ). Vanuit deze praktijk is ze betrokken bij en deels werkzaam op scholen in de regio.
Anne van de Lavoir is GZ-psycholoog/ Kinder & Jeugdpsycholoog NIP, Cognitief Gedragstherapeut VGCt en EMDR therapeut VEN.

Supervisie

Registratie:
NIP Kinder- en jeugdpsycholoog

Regio:
Noord-Brabant

Online:
Ja

logo