Positieve psychologie

‘Het maakt je werk leuker én ik merk dat de resultaten beter zijn’

‘Met positieve psychologie voer je prettigere cliëntgesprekken, de cliëntrelatie is beter, de cliënt vindt het leuker, het maakt je werk leuker én ik merk dat de resultaten beter zijn.’ Aan het woord is Martin de Vor, docent van de PAO-cursus Positieve psychologie. ‘Uit diverse onderzoeken blijkt dat een groot deel van de werking van een therapie is gebaseerd op de relatie die de hulpverlener met zijn cliënt heeft. Dit maakt niet alleen de methodiek ondergeschikt aan de cliëntrelatie, het maakt de toegevoegde waarde van de positieve psychologie direct duidelijk.’

Een steeds breder toepassingsgebied

Positieve psychologie krijgt de laatste jaren een steeds breder toepassingsgebied. Was dit vakgebied voorheen uitsluitend in psychotherapieën terug te vinden, nu vindt het ook zijn weg naar het onderwijs in de vorm van Positive Behaviour Support, de langdurige zorg en de diagnostiek. Martin: ‘In plaats van bijvoorbeeld te diagnosticeren door te analyseren hoe het probleem is ontstaan, ga je met een de positieve psychologische benadering kijken naar wanneer het probleem er juist niet of minder aanwezig is. Dat is een hele andere mindset die leidt tot een heel ander gesprek met je cliënt.’

Doelgericht werken is ‘even wennen’

Martin: ‘Normaal gesproken werken hulpverleners probleemgericht. Met positieve psychologie werk je doelgericht en ga je op zoek naar de kracht en sterke kanten van een persoon. Dat is voor veel hulpverleners even wennen. Het gaat over iemands talenten, waar iemand goed in is, waar iemand plezier in heeft, waar iemand zich sterk in voelt. Samen met je cliënt ga je op zoek naar zijn successen, naar dingen die werken, naar de veerkracht die hem in staat heeft gesteld eerdere problemen in zijn leven op te lossen. Op basis daarvan ga je bouwen, met als doel iemand te helpen met zijn probleem. Dat kan een sociaal, emotioneel, psychiatrisch of ander probleem zijn. Wanneer cliënten van zichzelf vinden dat ze geen probleem hebben, maar de omgeving van de cliënt ervaart of ziet dit wel, werkt een positieve psychologische benadering goed. Het eerste wat je in deze situatie moet doen is namelijk een goede cliëntrelatie opbouwen. Door te investeren in de relatie vermindert de weerstand waardoor de kans groter wordt dat de cliënt gaat erkennen dat hij een probleem heeft en daar ook iets aan gaat doen.’

Een andere mindset creëren

In de positieve psychologie ligt de focus op het positieve maar het probleem mag er ook zijn, weliswaar zonder dat je het gaat analyseren. Je herkent, erkent en verkent het probleem en daarna maak je de brug naar wat wel goed gaat en ga je daarmee aan de slag. Martin: ‘Ik vergelijk het altijd met de situatie waarin een kind thuiskomt uit school met zijn rapport waar 1 vijf en 3 achten op staan. De ouders en leerkracht zijn geneigd te focussen op de vijf; die moet omhoog. Maar als 1 vijf op het rapport geen belemmering vormt, dan kun je je aandacht beter richten op het versterken van de vakken waar het kind een acht voor heeft gehaald. Daar heeft het kind veel meer plezier in, omdat hij deze vakken leuker en interessanter vindt en het leren makkelijker gaat. Wat je met deze aanpak vaak ziet gebeuren is dat ook de vijf omhooggetrokken wordt omdat het kind het veel leuker vindt om zijn huiswerk te maken in plaats van dat hij er als een berg tegenop gaat zien. Met positieve psychologie creëer je een andere mindset.’

2 veel voorkomende vragen van cursisten

Vraag cursist: ‘Welke aandacht heeft de positieve psychologie voor het probleem van de cliënt?
Antwoord Martin: ‘Het probleem mag er zijn. Je herkent, erkent en verkent het. Vervolgens, maak je de brug naar wat wel werkt.’
Vraag cursist: ‘Doe je met positieve psychologie wel genoeg aan het probleem van de cliënt?
Antwoord Martin: ‘Door je te richten op iemands sterke kanten en vaardigheden, breng je hem juist in beweging. Als gevolg daarvan zie je vaak gebeuren dat het probleem minder wordt, anders beleefd wordt of minder vaak voorkomt.  Bijvoorbeeld: Hoe maak je een plan voor iemand die zijn woonomgeving verwaarloost en hulpverleners wegstuurt? Daarvoor zul je veel breder moeten kijken dan het probleem. Vandaaruit kun je de stap maken naar wat wel goed gaat. Op deze manier ben je in staat een relatie op te bouwen en de cliënt te helpen. Er is vaak meer nodig om het probleem echt op te lossen. Als je je uitsluitend op het probleem zou focussen, haal je bijvoorbeeld de man uit zijn appartement en huur je een schoonmaakploeg in. Maar dan heb je over een maand vaak weer hetzelfde probleem.’

Positieve psychologie in langdurige zorg en onderwijs

In de langdurige zorg zijn veel problemen, zoals een verstandelijke of fysieke beperking, sowieso niet op te lossen. ‘Met de positieve psychologische benadering focus je op wat cliënten leuk vinden, waar ze geïnteresseerd in zijn. Als iemand graag geschiedenisboeken leest, maar zijn gezichtsvermogen beperkt hem daarin, dan is het zaak om met een oogarts te onderzoeken wat daaraan te doen is. In het onderwijs wordt positieve psychologie vooral toegepast bij uitvallers met als doel kinderen weer geïnteresseerd in leren te krijgen. Daarnaast wordt positieve psychologie ook ingezet om te voorkomen dat leerlingen op gaan zien tegen leren of naar school gaan en daardoor uitvallen of van school worden gestuurd vanwege een gedragsprobleem.’

Functionele analyse: wanneer komt het probleemgedrag niet voor?

De functionele analyse die doorgaans wordt gebruikt om een gedragsprobleem te analyseren, is volgens Martin ook heel goed te gebruiken bij een positief psychologische benadering van dat gedragsprobleem.  ‘Dat levert heel veel op. Stel je bij agressief gedrag bijvoorbeeld met behulp van het ABC-model normaal gesproken de vragen ‘Wat gaat er vooraf aan het probleemgedrag voor?, ‘Hoe ziet het probleemgedrag eruit?’ en ‘Welke consequenties worden verbonden aan het probleemgedrag?’ Bij een positief psychologische benadering stel je de vragen ‘Wat gaat er vooraf aan het gewenste gedrag?’, ‘Hoe ziet dit gewenste gedrag eruit?’ en ‘Welke consequenties worden verbonden aan het gewenste gedrag?’ Wanneer je de antwoorden weet op deze vragen, kun je de aanleiding en de consequenties van gewenst gedrag versterken. Door het op deze manier te doen, is het ook veel makkelijker om de cliënt erbij te betrekken, want het is voor de cliënt veel leuker om te doen.’

‘Het kwartje moet een paar keer vallen’

Martin constateert dat in handelsgerichte diagnostiek de stap naar een positieve psychologische benadering van cliënten in de afgelopen tien jaar al is gemaakt, maar dat de meeste andere vakgebieden binnen de psychologie en orthopedagogiek deze stap nog moeten zetten. Voor de psychologen en orthopedagogen van morgen is het de uitdaging om opleidingen op het terrein van zorg en onderwijs te overtuigen de positieve psychologie in hun programma’s integreren. Voor de psychologen en orthopedagogen van vandaag is het de uitdaging om de focus op wat niet werkt om te buigen naar een focus op wat wel werkt. Martin: ‘Juist als het spannend wordt of onder druk is het moeilijk om ingesleten gedrags- en denkpatronen los te laten en om te buigen. Voor veel cursisten moet het kwartje een paar keer vallen voordat ze echt door hebben hoe positieve psychologie in de praktijk werkt.’

Martin-de-Vor

Martin de Vor

Martin de Vor is in 1959 geboren in Maarssen en sinds 1981 woonachtig in Hilversum. Hij heeft Pedagogische Wetenschappen gestudeerd aan de Universiteit van Amsterdam en is vervolgens tientallen jaren bij verschillende instellingen als (senior) gedragskundige aan het werk geweest. Hij staat geregistreerd als gezondheidszorgpsycholoog (BIG), orthopedagoog-generalist (BIG) en supervisor (NVO/NIP). Vanuit die achtergrond is hij actief als consulent bij Centrum voor Consultatie en Expertise (CCE), docent in het (post)academisch onderwijs en als supervisor. Hij heeft ruime ervaring in het geven van trainingen handelingsgericht coachen en oplossingsgericht werken. Daarnaast is hij auteur van het boek Active Support: een handreiking voor de ondersteuning aan mensen met een beperking. Dit boek is verschenen in 2014.

Supervisie

Registratie:
Supervisor NVO, GZ-psycholoog, Supervisor NIP Kinder- en jeugdpsycholoog, Orthopedagoog-generalist, NIP Kinder- en jeugdpsycholoog

Regio:
Overijssel, Flevoland, Gelderland, Utrecht, Noord-Holland, Zuid-Holland

Online:
Ja

Aanvullende informatie:
Martin heeft vanaf medio 2021 (in overleg) ruimte voor nieuwe supervisanten.

Voor welke professionals:
Martin geeft supervisie aan orthopedagoog-generalisten, GZ-psychologen, schoolpsychologen en SKJ-professionals (i.o.).

Hij geeft supervisie over vraagstukken met betrekking tot:

  • Diagnostiek en behandeling
  • Positionering
  • Gespreksvoering
  • Zelfhantering
  • Invloed
  • Omgaan met weerstand
  • Rollen

Martin heeft zelf ruime werkervaring in de GGZ, gehandicaptenzorg, onderwijs en jeugdzorg.

Relevante cursussen

Bekijk het hele cursusaanbod
logo